Jean de Sperati, meestervervalser

In de wereld van de filatelie kom je veel vreemde (en soms ongenode) gasten tegen, maar Jean de Sperati maakte het wel heel bont. Hij had een heel bijzondere manier van postzegels verzamelen: de meest kostbare exemplaren, die ook voor hem financieel onbereikbaar waren,


maakte hij gewoon zelf na. Hij deed dat echter met zóveel vakmanschap, kunde en oog voor detail, dat zelfs gerenommeerde filatelistische experts zijn facsimiles voor originele zegels hielden. Sperati vond zichzelf ook meer kunstenaar dan vervalser, en zal ongetwijfeld vereerd zijn geweest met de bijnaam die hij kreeg: 'de Rubens van de filatelie'. In dit artikel een nadere kennismaking met deze meestervervalser en zijn zegels.


Confederate States 10c
Jean de Sperati (zijn eigenlijke naam is Giovanni Desperati) werd op 14 oktober 1884 in Pisa geboren, als jongste zoon van een kolonel in het Italiaanse leger. Hij begon al op jonge leeftijd met postzegels verzamelen, daarbij geholpen door zijn oudere broer die postzegelhandelaar was. Hij volgde een opleiding tot drukker en graveur, en was speciaal geïnteresseerd in druktechnieken en fotografie, een kunstvorm die toen nog in de kinderschoenen stond. Familieleden bezaten een drukkerij voor ansichtkaarten en een papierfabriek, waar de leergierige jongen kennis vergaarde over fotografie, chemicaliën en de technologie voor het maken van drukwerk, wat de basis vormde van zijn latere carrière als postzegelvervalser. Al op jonge leeftijd verhuisde hij naar Frankrijk, waar hij heel zijn verdere leven zou blijven wonen.


Vervalste zegels van Griekenland, Napels en Frankrijk. Alle afgebeelde zegels bij dit artikel zijn Sperati-facsimiles.
Overigens werd er aan het begin van de 20ste eeuw heel anders gedacht over het namaken van postzegels dan tegenwoordig. Postzegels werden nog op de 'klassieke' manier verzameld: men had een (wereld) album met voorgedrukte bladen, en het was zaak om alle vakjes op de bladen gevuld te krijgen. Het was natuurlijk moeilijk om aan zeldzame zegels te komen, of alleen tegen een hoge prijs, en voor veel

De eerste uitgifte van Uruguay
verzamelaars hoefde er niet per se een èchte zegel in het boek te zitten. Uit deze tijd komen dan ook vele nadrukken (soms van de originele drukplaten!), herdrukken en kopieën van duurdere postzegels voort, waaraan ook de gevestigde postzegelhandel naar hartelust deelnam. Sperati beschouwde het namaken van postzegels als een kunstvorm op zich. Maar waar de imitaties van anderen veelal duidelijke verschillen laten zien met de originele zegels, zijn de creaties van Sperati nauwelijks van de originelen te

USA nr. 2
onderscheiden, zelfs niet bij nauwkeurige bestudering.

Zijn gebruikelijk manier van werken was het kopen van goedkope, oude zegels, waarna hij het zegelbeeld wegbleekt en dit vervangt door exacte kopieën van veel duurdere zegels uit diezelfde serie. Talloze experts lieten zich bedotten door het gebruik van het juiste papier, formaat, het authentieke watermerk en de juiste tanding, waardoor de zegels er als echt uitzagen. Zijn


Knappe vervalsing van een Braziliaans 'ossenoog'
vaardigheid was zo groot dat hij het zegelbeeld kon vervangen, terwijl de afstempeling gewoon op de zegel aanwezig bleef.

De eerste poging die Sperati ondernam om zegels na te maken betrof enkele kostbare zegels van San Marino. Deze proef verliep voor hem bijzonder goed. Hij stuurde een aantal van zijn zegels naar bekende experts, die de zegels in de meeste gevallen retourneerden mèt een certificaat van echtheid. Daarop ging Sperati talloze kostbare zegels kopiëren van de hele wereld. Er is een schatting dat hij meerdere kopieën heeft gemaakt van zo'n 566


Zelfs een unieke zegel als de Tre Skilling Banko ontkwam niet aan zijn kopieerdrift
postzegels uit 100 verschillende landen, in totaal opgeteld wel zo'n 70.000 vervalsingen.

In 1909 ontdekte de Italiaanse politie in zijn ouderlijke woning in Pisa een grote hoeveelheid vervalsingen, fotografische apparatuur en drukpersen, maar De Sperati was toen al verhuisd naar Turijn en later naar Parijs, waar hij overdag in een fabriek werkte en 's avonds z'n vervalsingen maakte. In 1910 was z'n eerste vervalsing


Lokale uitgifte van New York (1845)
ongemerkt verschenen op een veiling in Berlijn. Het nietsvermoedende slachtoffer dat de zegel kocht was Dr. Heinrich Köhler, een vooraanstaand postzegelhandelaar wiens firma ook tegenwoordig nog zeer gerespecteerd wordt. Sperati's manier om zegels op de markt te brengen was simpel. Hij vervaardigde een paar facsimiles van kostbare zegels en zond deze naar verschillende gerenommeerde experts voor hun mening. Niet zelden werden deze teruggestuurd met een

Alleen het vertticale streepje links boven Tasmanië verraadt dat het hier om een Sperati-vervalsing gaat
certificaat van echtheid, waarna deze exemplaren in een andere stad dan waar de betreffende expert woonde, ter veiling werden aangeboden. Omdat het wellicht ging opvallen dat hij vaker dezelfde zeldzame zegel aanbood veranderde hij rond 1920 van tactiek: hij verzorgde ook verschillende afstempelingen op deze zegels.


Beieren nr. 1
De creaties van Sperati zijn absolute kunstwerkjes en getuigen van zijn grote vakmanschap als graveur en drukker. Dankzij zijn grote kennis van chemicaliën, druktechnieken en inkten wist hij kostbare zegels zó perfect te imiteren dat hij daarmee decennialang de filatelistische wereld om de tuin wist te leiden. De sterkte van de afdruk, de kleur en dikte van de inkt, alles klopte zó

precies dat de falsificatie vaak alleen met behulp van een microscoop is aan te tonen. Anders dan bij de gebruikelijke vervalsers hield hij de oplage per zegel bescheiden, vaak werden van een bepaalde facsimile niet meer dan honderd exemplaren

Frankrijk Cérès 1 fr. in de kostbare vermiljoenkleur
vervaardigd. Dit is ook de reden dat een originele 'Sperati', ook al is het een vervalsing, behoorlijk veel geld waard is, soms nog meer dan de oorspronkelijke zegel!

Pas in 1932 werden postzegelexperts in Engeland zich voor het eerst bewust van het feit dat het bij de zegels van Sperati wel eens om vervalsingen kon gaan. De British Philatelic Association oordeelde echter dat, als het echt om vervalsingen ging, deze


Australië, keerdruk
zó goed waren dat het vertrouwen in de postzegelwereld ernstig zou worden geschaad als hierover informatie naar buiten werd gebracht. Men besloot het stil te houden. Sperati was intussen verhuisd naar een

Sicilië, hoogste waarde
villa in Aix-les-Bains, waar hij zijn lucratieve handel in postzegelvervalsingen voortzette.

Uiteindelijk kwam in 1942 alles toch aan het licht. In de Tweede Wereldoorlog was het beleggen van geld in kostbare zegels een beproefde manier om te voorkomen dat er op je kapitaal beslag werd gelegd. Postzegels konden makkelijk verstopt of meegenomen worden en waren betrekkelijk makkelijk te verhandelen. Gouden tijden dus ook voor een vervalser. Toen Sperati een zending van 18 vervalste Duitse zegels stuurde naar een handelaar in Portugal, werd deze enveloppe door de Franse douane onderschept. Sperati


Tasmanië, 1 pond
werd beschuldigd van illegale uitvoer van kapitaal en ontduiking van invoerrechten. Uiteraard protesteerde hij hiertegen door te verklaren dat het allemaal 'facsimiles' betrof, wat in die tijd volkomen legaal was als de zegels maar als zodanig waren gemerkt. Inderhaast opgetrommelde experts waren echter van oordeel dat de zegels echt waren, met een waarde van ca. 300.000 francs. Tijdens het daaropvolgende proces maakte Sperati de aanklagers belachelijk door met nog eens drie identieke sets van de betreffende 18 zegels
Drie kostbare kantonnale zegels van Zwitserland
op de proppen te komen. Hij verklaarde al ruim dertig jaar postzegels na te maken. De rechters waren onder de indruk en lieten de aanklacht van illegale kapitaaluitvoer vallen, wel kreeg hij een symbolische straf voor 'het verstoren van de gebruikelijke routine van de Franse douanedienst'.


Uiteindelijk werd er in 1948 een proces tegen Sperati gevoerd op beschuldiging van fraude. Hij beargumenteerde in de rechtbank dat hij geen frauduleuze bedoelingen had met de verkoop van zijn zegels. In zijn ogen waren het kunstwerken en geen vervalsingen. Hij was alleen in veel gevallen vergeten om de zegels

Frankrijk, keerdruk Napoleon III
als facsimiles te markeren. Ook voerde hij aan dat hij de zegels doorgaans verkocht voor ca. 1% van de waarde van de originele zegels, om zo minder vermogende verzamelaars aan exemplaren voor hun collectie te helpen. Niettemin werd Sperati veroordeeld tot een jaar gevangenisstraf en een boete van 300.000 francs, niet voor de vervalsingen zelf maar voor 'frauduleuze

Oostenrijk, krantenzegel
bedoelingen'. Vanwege zijn leeftijd (hij was al ouder dan 64 jaar), hoefde hij de gevangenisstraf echter niet te ondergaan.

In 1954 kreeg Sperati een aanbod dat te mooi was om te weigeren. De British Philatelic Association bood hem naar verluidt $ 40.000,- voor al zijn voorraden zegels, proeven, drukplaten, persen en materialen, op voorwaarde dat hij nooit meer een


De kostbare 2S. bruin zegel van Groot-Brittannië
vervalsing zou maken. Deze actie van de BPA bracht een schokgolf teweeg in de filatelistische wereld, want nu pas werd de omvang duidelijk van het decennialang vervalsen van zegels door Jean de Sperati. Daarnaast wist hij zich door de verkoop aan één instantie ervan verzekerd dat zijn materialen niet in verkeerde

Hawaii, 2 cent
handen zouden vallen, bijvoorbeeld opportunisten die zijn vervalsingswerk zouden willen voortzetten. Drie jaar later, op 27 april 1957, overleed Jean de Sperati in Aix-les-Bains, 72 jaar oud.


Op een aantal zegels plaatste Sperati dit stempel, om aan te geven dat het een reproductie betreft
In 1955 gaf de BPA een naslagwerk uit over de Sperati-vervalsingen, dat al snel onmisbaar werd in elke filatelistische bibliotheek. In 2001 publiceerde de Royal Philatelic Society het boekwerk 'The Work of Jean de Sperati II', samengesteld door Robson Lowe en Carl Walske, waarin zijn technieken worden geïllustreerd. Ongetwijfeld zullen er nog vele 'Sperati-kunstwerkjes' ongemerkt in verzamelingen over de hele wereld sluimeren, waarbij de eigenaar in de veronderstelling is over een originele zegel te beschikken. Hoe dan ook, in de lange lijst van vervalsers, fraudeurs en namakers van postzegels is er geen enkele naam te noemen die qua vakmanschap zelfs maar in de schaduw kan staan van Jean de Sperati.

Ton Vis



Boekwerkje dat Jean de Sperati zelf in 1946 publiceerde over zijn 'drukkunsten'