Cinderella's en randgebieden in de filatelie

Ofschoon onze secretaris Ton Vis enkele jaren geleden een lezing over cinderella's heeft gehouden en ik ook al wat over fiscale zegels heb geschreven, zijn er toch méér aspecten aan dit onderwerp. Een zegel die misschien bij de leden nauwelijks bekend is en door de PTT is uitgegeven, is de Vredeszegel. In de periode van 10 t/m 23 maart 1920 werd aan de PTT-loketten een zegel verkocht voor 5 cent, namelijk ‘een vredeszegel zonder frankeerwaarde'. De netto-opbrengst was voor de wederopbouw van de kathedraal van Reims. Men mocht deze zegel plakken naast de frankeerzegels, doch de zegel had zelf geen waarde. De zegel hier afgebeeld in de kleur blauw is gestempeld: Amsterdam 30-11-1920. De tweede zegel is groen van kleur, welk land deze zegel heeft uitgegeven is mij niet bekend, misschien kan iemand mij helpen. Persoonlijk vind ik dat deze zegel in een Nederland-verzameling niet mag ontbreken.

Cinderella's zijn wel de zegels uit Lundy. Het eiland Lundy is particulier bezit. In 1929 werd een particuliere postdienst ingesteld door de Britse PTT en officieel erkend. De waarde wordt aangegeven in ‘Puffin', de op de Britse eilanden veel voorkomende papegaaiduiker. Ofschoon afkomstig van een particuliere postdienst zijn de Europazegels toch in trek bij veel Europa-verzamelaars.

Soortgelijke zegels met opdruk ‘Europa' zijn de zegels van Herm Islands, een eiland nabij Guernsey. Tussen 1949 en 1969 verschenen er privé-postzegels om de port van Herm naar Guernsey te verrekenen. Sinds 1969 valt Herm onder de postadministratie van Guernsey.

Spoorwegzegels.
Deze zegels zijn uitgegeven door de Nederlandse Spoorwegen als porto voor pakketten die door de Spoorwegen werden vervoerd. Deze zegels worden niet veel verzameld, anders is dat in België waar ze officieel in de catalogus staan vermeld. Toch is het leuk om deze zegels met treinstempels te verzamelen, bijvoorbeeld stempels die gebruikt zijn voor bepaalde trajecten.

Buiten de spoorwegzegels kennen we ook nog de treinbriefzegels. Zegels door de Spoorwegen uitgegeven voor hetgeen men extra verschuldigd was voor het vervoer van een stuk als treinbrief. Op complete stukken zijn deze treinbriefzegels zeer gewild. In verband met plaatsgebrek wil ik alleen enkele treinbriefzegels laten zien. Ze zijn uitgegeven in de periode van 1946 t/m 1979. Vooral de 55 cent is qua vormgeving en kleuren een mooie zegel.

Andere leuke cinderella's zijn de Jul-zegels die door de Deense PTT zijn uitgegeven ten bate van de tuberculosebestrijding. Deze kerstzegels werden en worden nog steeds op de postkantoren verkocht, hebben geen frankeerwaarde maar ze konden wel naast de gewone postzegels op de brief geplakt worden. De Jul-zegels bestaan nog steeds, en er zijn plaatjes bij.

In tegenstelling tot Denemarken werden er in Nederland sinds 1949 vergelijkbare zegels uitgegeven als ‘sluitzegel': de T.B.C.-zegels van de Nederlandse Vereniging ter bestrijding van de T.B.C.. Deze zegels worden niet door de PTT verkocht en mogen dan ook niet op een brief naast een postzegel worden geplakt. Je zag vroeger dan ook dat deze zegels als sluitzegel gebruikt werd, mede door de slechte gom van de enveloppen. Enkele zegels laat ik zien, mooie plaatjes, zeker voor de verzamelaars van kerstzegels. Men kent deze zegels in vele landen, o.a. Duitsland en Amerika.

Maar we kennen in Nederland meer sluitzegels, uitgegeven voor een bepaald doel of om iets onder onze aandacht te brengen. Ofschoon het alleen maar is om geld bijeen te krijgen wil ik er toch enkele laten zien.
1e Een sluitzegel voor de ‘Getroffen Rotterdamsche Studenten, uitgegeven 1-9-1945.
2e Sluitzegel uitgegeven door de Sophia Vereeniging: ‘Helpt ons de kettinghond bevrijden'.
3e Sinterklaasfeest ‘Hebt u ons al gesteund?' met een allesbehalve vrolijk kijkende Sint en Piet.
4e Sluitzegel van het Nederlandsche Jongelingsverbond met een afbeelding van Prins Maurits.

Errinofilie.
Hieronder verstaat men ook wel het verzamelen van sluit- c.q. propagandazegels voor postzegeltentoonstellingen. De opbrengst is dan ook om de kosten van een tentoonstelling te drukken. Deze zegels hebben mijns inziens iets met de filatelie te maken en daarom leuk om te verzamelen. Er zijn mooie series bij waarvan ik enkele zegels laat zien.
1e Parijs 1925 met de kreet: ‘Philatélistes! Venez tous a Paris...' (1 zegel uit de serie)
2e Wenen 1933 WIPA, fraaie zegel met een zeppelin boven de stad
3e St. Gallen, Nabag 1959
4e Brussel 1972
5e Oostenrijk 1929, Fédération Internationale de Philatelie.

Wat zeker een verzamelgebied waardig is en waarvan ik al mooie verzamelingen heb gezien zijn de aantekenstrookjes. Om alle strookjes van bijvoorbeeld de stad Utrecht bijeen te krijgen, met postkantoren en agentschappen die verdwenen zijn, valt niet mee. Denk alleen maar eens aan de Rijksuniversiteit in Utrecht met zijn diverse afdelingen en locaties. Misschien niet bij iedereen bekend, maar op alle strookjes in Nederland en de wereld komt de letter ‘R' voor. R staat voor het Franse woord ‘Récommendé' (= aangetekend), omdat Frans de voertaal is binnen de U.P.U.. Enkele oude strookjes uit de gehele wereld ziet u hier afgebeeld.

Als laatste wil ik ook nog iets over de stadspostzegels vermelden. Hoewel er in diverse landen stadspostdiensten hebben bestaan, vooral in Duitsland, beginnen in Nederland de stadspostdiensten in de jaren ‘60 van de vorige eeuw. Een van de eersten zou een dienst in Leeuwarden zijn geweest, maar ook in Den Helder verschenen in 1969 al stadspostzegels. Utrecht was er ook snel bij evenals Amsterdam. Echt gelopen stukken zijn, ondanks dat het om cinderella's gaat, filatelistisch leuk. Oppassen is wel geboden want er verschenen in de jaren ‘70 stadspostzegels enkele en alleen om ze aan de argeloze verzamelaar te slijten en er zelf beter van te worden.

Zoals u ziet is er veel te vermelden over cinderella's. Wat u hier ziet is nog maar een kleine greep uit voornamelijk Nederlandse cinderella's. Hopelijk bekijkt u deze zegels in de toekomst met meer interesse, want vaak is er over al deze cinderella's veel te vertellen.

Piet Interfurth